Jos van den Broek, Willem Koetsenruijter, Jaap de Jong en Laetitia Smit. Beeldtaal. Boom Onderwijs, 2010.

Jos van den Broek, Willem Koetsenruijter, Jaap de Jong en Laetitia Smit. Beeldtaal In april verloor Leiden een van de beste fotokijkers die er zijn geweest, Rudy Kousbroek, die de laatste jaren van zijn leven in onze stad doorbracht. Soms zag je hem weleens lopen, een oude man met heel heldere ogen, die met zijn essays over foto’s van dieren en auto’s heel veel mensen precies heeft laten kijken. Als je net een boek van Kousbroek gelezen hebt, kun je een tijdje lang alleen op zijn manier naar afbeeldingen kijken: steeds zorgvuldig op zoek naar het kleine detail dat peilloze nostalgische ontroering teweeg kan brengen.

Toevallig verscheen rond dezelfde tijd het boek Beeldtaal. Perspectieven voor makers en gebruikers, van Jos van den Broek, hoogleraar biomedische wetenschapscommunicatie; Willem Koetsenruiter, docent/onderzoeker bij de Praktijkstudie Journalistiek en Nieuwe Media; Jaap de Jong, coördinator bij diezelfde Praktijkstudie; en Laetitia Smit, hoofd van Hoger Onderwijs voor Ouderen HOVO. (Alle auteurs werken aan de Universiteit Leiden, en er zijn dan ook heel veel Leidse plaatjes in te zien.)

Beeldtaal is een leerboek voor ‘iedereen die beroepsmatig met de publicatie van beeld te maken heeft of krijgt’, zoals journalisten, museummedewerkers en webdesigners. De nadruk ligt daarbij nogal sterk op theoretische overwegingen: je leert nu niet onmiddellijk een website of een tijdschriftpagina in elkaar zetten.

De nadruk ligt vooral op de analyse van beeld, vanuit een drietal invalshoeken, namelijk de Gestalt-psychologie, de semiotiek en de visuele retorica. De kernbegrippen uit alle drie deze gebieden worden helder en kort uiteengezet, waarna ze worden toegepast op ‘basiselementen van de beeldtaal’ zoals typografie en kleur en op ‘toepassingen van beeld’ zoals fotografie, grafieken en tijdschriften. Die laatste hoofdstukken worden onder het hoofdje ‘praktijk’ geplaatst, maar alleen al doordat er zoveel aan bod komt, blijft alles toch vooral enigszins beschouwend – wat overigens ook niet zo heel raar is voor een auteursteam van Leidse onderzoekers.

Ook aan de vormgeving van Beeldtaal zie je dat af. Er zijn bijzonder veel plaatjes van al dan niet dode en opgezette dieren in Naturalis te zien, en ook redelijk wat foto’s over binnen- en buitenlandse politieke onderwerpen. Het eerste weerspiegelt ongetwijfeld het feit dat de meeste foto’s gemaakt zijn door Van den Broek, die wetenschapscommunicator is, en het tweede de belangstelling van de auteurs. Foto’s van sportevenementen zijn er bijvoorbeeld nauwelijks in het boek, en je kunt ook meer leren over de structuur van een tabel voor de economische pagina dan over de vraag waarom in een roddelblad de koppen over elkaar buitelen.

Overigens ziet Beeldtaal er heel prettig uit: vriendelijke kleuren, een verzorgde opmaak die het juiste midden houdt tussen braaf en knallerig. De tekst is ook zo: prettig leesbaar, levendig en tegelijkertijd didactisch verantwoord. Eigenlijk zijn de enige dingen die minder geslaagd zijn aan Beeldtaal de dingen die in het boek niet besproken worden. Zo slaat het boek zeker in het midden niet zo prettig open, en is het papier net iets te vet om er met een potlood aantekeningen op te kunnen maken. De psychologie, de semiotiek en de retorica hebben nu eenmaal vooralsnog maar weinig te zeggen over bindwijze en vetgehalte.

Een langere versie staat op de website van de Leidse faculteit Geesteswetenschappen

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.