Paolo Giordano. De eenzaamheid van de priemgetallen. Amsterdam: Cargo: 2009 (2008).

Paolo Giordano. De eenzaamheid van de priemgetallen.

Vertaling: Mieke Geuzebroek en Pietha de Voogd

Mattia en Alice beschadigen zichzelf en anderen. Het eerste letterlijk: Mattia snijdt in zijn handen, Alice hongert zich uit, en het tweede ook bijna letterlijk. En daarom horen ze misschien bij elkaar, of misschien toch ook niet: zoals tweelingpriemgetallen die vlak in elkaars buurt liggen omdat ze opeenvolgende oneven getallen zijn en toch geen enkele gemene deler hebben.

Eenzaamheid is het sleutelwoord in dit boek, dat in Italië, in Nederland, en vast ook in allerlei andere landen een bestseller is: diepe, onbereikbare eenzaamheid. Dat het zo'n bestseller is, heeft misschien daarmee te maken, en met het feit dat het boek nu ook weer niet vreselijk moeilijk te volgen is. De zinnen zijn kort en simpel, in het verhaal zit een duidelijke lijn, en je steekt er nog een heel klein beetje iets van op, over wiskunde. (Hoewel ik dat eerlijk gezegd het irritantste stukje vindt, de briljante wiskundige Mattia heeft wel heel simpele observaties over wiskunde, als ik het zeggen mag.)

Giordano is vooral goed in het beschrijven van schaamte. Een aantal scenes zijn bijna onmogelijk te lezen, zo genant is de situatie die erin beschreven wordt. Zoals ergens halverwege het boek Alice een eerste afspraakje heeft met een knappe arts, die later haar man zal worden en zich nu enorm heeft uitgeslooft met eten. Van de risotto weet ze nog af te komen met de smoes dat ze allergisch is voor paddestoelen, maar dan komt de dokter met vet gevulde groenten aanzetten. Als hij even weg is, gooit ze een ervan in de wc, maar die raakt daardoor verstopt, terwijl je de tomaat nog duidelijk ziet zitten.

Volgens de flapteksten is De eenzaamheid zo'n beetje de literaire sensatie van dit jaar. Als dat waar is, is de oogst dit jaar mager — ik heb maar weinig boeken gelezen die dit jaar verschenen zijn, dus, wie zal het zeggen. Maar ik heb het boek wel in twee avonden uitgelezen en hoopte zowaar op het eind dat Mattia en Alice elkaar zouden krijgen. Wat gelukkig niet gebeurde.

(Zie Van het boekenfront voor een heel andere manier om dit boek te lezen.)

Reacties

Anoniem zei…
oneven

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.