{P} Herman Neubronner van der Tuuk. Een vorst onder de taalgeleerden. Taalafgevaardigde voor Indië van het Nederlandsch Bijbelgenootschap. Een bronnenpublicatie bezorgd door Kees Groeneboer. Leiden: KITLV Uitgeverij, 2002. Je hoort altijd dat die Van der Tuuk zo'n interessante persoon was, maar hier blijkt dat niet speciaal uit. Dat komt waarschijnlijk door de gebruikte bronnen, die meerendeels te maken hebben met zijn werk voor het Nederlandsch Bijbelgenootschap. Zijn brieven aan dat genootschap vanuit Indië zijn over het algemeen nogal zakelijk en behandelen allerlei praktische kwesties. In de langere periode dat Van der Tuuk, tussen twee verblijven in Indonesië door, in Nederland verbleef, werd hij meteen gegrepen door het nare gevoel dat het zo leuk en goed en mannelijk en interessant is om te polemiseren dat je associeert met Publieke werken van Thomas Rosenboom. Wat daar nu zo leuk en nuttig aan was, om sarcastisch/ironisch/opgewonden over Taco Roorda en zijn leerlingen te doen, wordt uit dit boek niet speciaal duidelijk.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Paul Celan. Verzamelde gedichten. Amsterdam: Meulenhoff, 2003.

Walt Whitman. Leaves of Grass. Grasbladen. Amsterdam: Em. Querido, 2005 (1855).

Raoul de Jong. Jaguarman. Mijn vader, zijn vader en andere Surinaamse helden. Amsterdam: De Bezige Bij, 2020.